Ga naar inhoud

Sterke en zwakke punten van Pl@ntNet

Sterke punten

  1. Een toegankelijke en collaboratieve tool: Pl@ntNet is een gratis platform, open voor iedereen, en beschikbaar als mobiele app en website. Het stelt miljoenen mensen wereldwijd in staat bij te dragen aan de identificatie en inventarisatie van planten.

  2. Kracht van kunstmatige intelligentie: De integratie van geavanceerde AI-modellen, zoals vision transformers, biedt een snelle en accurate identificatie van planten, met continue verbetering dankzij de verzamelde gegevens.

  3. Wetenschappelijke en ecologische impact: De gevalideerde waarnemingen voeden open databases zoals GBIF, wat bijdraagt aan onderzoek naar biodiversiteit, het behoud van ecosystemen en de strijd tegen klimaatverandering.

  4. Internationale dimensie: Met contributors in meer dan 200 landen, dekt Pl@ntNet een grote verscheidenheid aan flora, wat het tot een van de grootste biodiversiteitsobservatoria ter wereld maakt.

  5. Educatie en bewustmaking: Pl@ntNet moedigt burgers aan om de flora in hun omgeving beter te leren kennen en deel te nemen aan het verzamelen van informatie.

Zwakke punten

  1. Gebrek aan menselijke resources voor het valideren van waarnemingen: Ondanks een actieve community, overtreft het volume aan waarnemingen vaak de capaciteit voor validatie. Dit kan de integratie van nieuwe betrouwbare gegevens in de database vertragen.

  2. Beperkte participatie: Veel gebruikers delen hun waarnemingen niet of kiezen ervoor om de geolocatie niet te activeren, wat de bruikbaarheid van de gegevens voor het volgen van biodiversiteit beperkt.

  3. Ongelijke kwaliteit van de bijdragen: Sommige waarnemingen zijn wazig, slecht gekadreerd of missen essentiële informatie (plantendelen, geolocatie), wat de validatie ervan bemoeilijkt.

  4. Aanwezigheid van fouten in de gegevens: Hoewel Pl@ntNet is gebaseerd op een collaboratief systeem en kwaliteitscontrole, kunnen er nog steeds identificatie- of locatiefouten aanwezig zijn. De bijdrage van de community voor het detecteren en corrigeren van deze fouten is essentieel.

  5. Partiële taxonomische dekking: Pl@ntNet dekt momenteel ongeveer 60.000 soorten, een klein deel van de 350.000 bekende plantensoorten. Hoewel de database elke dag rijker wordt, is er nog een lange weg te gaan om de volledige biodiversiteit van planten te dekken.

  6. Gebrek aan technische en financiële middelen: Net als bij veel wetenschappelijke en participatieve projecten zijn de beschikbare resources voor het verbeteren van de tools, het uitbreiden van de taxonomische dekking en het versterken van de teams ontoereikend in vergelijking met de ambities van het project.

Een collectieve motivatie in dienst van de biodiversiteit

Ondanks de uitdagingen, blijven ons team en onze community vastbesloten om van Pl@ntNet een voor iedereen toegankelijke tool te maken, gebouwd door iedereen. Elke bijdrage, of het nu een gedeelde foto, een stem of een gevalideerde waarneming is, is een steen die wordt toegevoegd aan het gebouw van een gemeenschappelijk project in dienst van de wetenschap, het onderwijs en het behoud van de biodiversiteit. Samen gaan we elke dag verder om de hiaten te dichten, de grenzen te verleggen en Pl@ntNet te versterken als een essentiële hulpbron voor een beter begrip en bescherming van de natuur om ons heen.